Wibout Burkens
Toetsenist, producer en songwriter Wiboud Burkens componeerde voor grote artiesten als Lalah Hathaway en Leon Ware en produceerde en/of speelde op meer dan 100 cd’s. Onlangs kwam er
weer een goed besproken album uit van ‘zijn’ band Liquid Spirits.
Wat doe je?
Soms komen er op een open dag bezorgde ouders op Burkens af. ‘Wat kan mijn zoon nou later gaan doen? Is er wel toekomst voor hem in de muziek en kan ie er een beetje aan verdienen?’ Burkens windt er dan geen doekjes om; als zoonlief er ‘een living van wil maken’, moet ie zich daar niet mee bezighouden. ‘Je gaat naar het conservatorium omdat je helemaal lijp en gepassioneerd bent van het vak. Passie is een absolute voorwaarde. Anders moet je het niet gaan doen.’ Hij zegt ook tegen zijn (aspirant) studenten: bouw een gemengde beroepspraktijk op. ‘Doe mee met een band (of richt er een op) waarin je je uit kan leven, geef les, produceer en schrijf, voer uit voor anderen. Dat maakt het leuk en afwisselend, en je blijft overeind als er wat wegvalt.’
Burkens, liedjesschrijver, (theater)producer, toetsenist en docent keyboards aan het Conservatorium van Amsterdam, is de vleesgeworden veelzijdigheid. Want het rijtje bezigheden is nog niet volledig. Sinds 2020 is hij lid van de Raad van Rechthebbenden van Buma/ Stemra en tijdens corona stapte hij in de ledenraad van de Kunstenbond. Wat er momenteel gebeurt bij Buma/Stemra, stemt hem vrolijk. ‘Er is een flinke professionalisering gaande, mooi om dat van dichtbij te zien. Neem fingerprinting, een nieuwe techniek waarmee ieder nummer op een festival te herleiden is
naar rechthebbenden. Buma/ Stemra past dat nu toe bij festivals, zodat bij wijze van spreken de royalties daags na het event op je rekening staan. Meer in het algemeen: als raad geven we tips
en adviezen over hoe rechthebbenden beter bereikt kunnen worden. Daar doen ze echt wat mee: aanmeldingsprocedures zijn verbeterd, betalingen worden sneller uitgekeerd, zoals tijdens corona.’ Hoewel Burkens een vrije geest lijkt die gaat waar hij wil, gelooft hij met hart en ziel in de kracht van het collectief. Dat gaat verder dan het idee dat je met zijn allen meer voor elkaar krijgt, bijvoorbeeld door lobby. ‘Een groep mensen kan dingen verzinnen, waar niemand uit die groep in zijn eentje op zou komen. Hoe hard en hoe lang die persoon ook nadenkt. Eén plus één is
drie. Zodra je met anderen gaat filosoferen, praten, gedachten uitwisselen, kom je op ideeën die je anders nooit zou krijgen; mensen worden zo boven zichzelf uitgetild. Dat is een geweldig
fenomeen. Wordt onderschat volgens mij.’ Daarnaast vindt hij ook dat muzikanten vaak te solistisch zijn. ‘Ik mis een beetje het gevoel van ‘met zijn allen ergens voor opkomen’. Jammer, als groep moet je een beetje voor elkaar zorgen. Wat er nu gebeurt vanuit de Creatieve Coalitie en de lancering van het Nationaal Podium Plan eerder dit jaar: allemaal mogelijk omdat mensen elkaar opzoeken en samenwerken.’ De spotlights hebben Burkens nooit zo geboeid. Zijn jeugdheld was Quincy Jones, de man die de doorbraakalbums van Michael Jackson produceerde. Jones wordt door kenners alom geroemd, maar opereerde in de schaduw van Jackson. ‘Ik lijk dus een bescheiden jongen. Maar eigenlijk ben je als producer helemaal niet zo bescheiden. Je hebt bij veel, zo niet alles, een vinger in de pap. De mensen achter de schermen zien dat.’ Van de juiste kleding, sound en lyrics tot de juiste uitvoerende muzikanten, een producer kan zich, in principe, overal mee
bezighouden. ‘Soms ben je meer organisator, soms meer creatief. De constante: je werkt vanuit beperkingen. Je hebt niet zomaar de beschikking over elke artiest of muzikant die je wil inzetten; er
is niet een enorme pot met geld om uit te geven. Dat maakt het boeiend.’ Eerder dit jaar vroeg het label van jazzband SMANDEM of Burkens een album kon produceren dat niet kopje onder zou gaan op de internationale streamingmarkt.
‘De hele wereld streamt, dus hoe val je een beetje op tussen al die concurrenten? In dit geval heb ik geen noot geschreven, de band is zelf heel creatief. Ben heel lang bezig geweest met
het mixen; je beluistert daarvoor talloze concurrenten, om te weten wat het niveau is van de sound. Het geluid doet nu niet onder voor dat van de grootste Amerikaanse concurrenten.’
Wat heb je aan de Kunstenbond gehad?
Burkens is al 25 jaar lid van de Kunstenbond. Oorspronkelijk vanwege de collectieve verzekering en juridische dienstverlening. ‘Ik ben nooit in de problemen gekomen, maar dacht wel:
als een opdrachtgever niet wil betalen, wil ik ergens aan kunnen kloppen. Studenten tegen wie ik nu zeg: “Wordt alsjeblieft lid”, doen het grotendeels om dezelfde redenen. Niks mis mee.
Tegenwoordig zie ik het bredere plaatje, de kracht van het collectief en samen een vuist maken. Daar heb ik het ook wel over met ze, maar je moet een beetje oppassen dat je niet te prekerig overkomt.’
Jeroen Akkermans