Kunstenbond daagt Nationale Opera & Ballet voor de rechter
De Kunstenbond, de grootste belangenbehartiger van werknemers en zelfstandigen in de creatieve en culturele sector, dagvaart Nationale Opera & Ballet. De bond stelt dat er bij Nationale Opera & Ballet sprake is van schijnzelfstandigheid bij het freelance operakoor. Zij worden alleen als zelfstandige ingehuurd, worden veel lager beloond, maar doen hetzelfde werk als koorleden met een dienstverband. De Kunstenbond wil dat de rechter uitspraak doet over de vraag of Nationale Opera & Ballet de freelance koorleden terecht inhuurt als zzp’er.
Nationale Opera & Ballet werkt zowel met een vast als een flexibel koor. Vaste koorleden hebben een arbeidsovereenkomst en vallen onder de bedrijfs-cao. Daarnaast bestaat er een flexibel inzetbaar koor, het freelance operakoor. Deze mensen werken op basis van een opdrachtovereenkomst. Veel van hen werken al jaren als freelance koorlid, een enkeling meer dan 25 jaar. Het vaste koor bestaat uit ongeveer 55 werknemers, het freelance koor uit ongeveer 70 mensen.
Flexibiliteit noodzaak
Dat een deel van het operakoor flexibel moet zijn, komt omdat niet voor iedere productie hetzelfde aantal koorleden noodzakelijk is. Nationale Opera & Ballet heeft de keuze om flexibele werknemers een arbeidsovereenkomst aan te bieden. Dat dit niet gebeurt, heeft nagenoeg alleen te maken met kosten en risico’s. Freelance koorleden zijn goedkoper, hebben geen secundaire arbeidsrechten zoals vakantiegeld, vakantietijd, doorbetaling bij arbeidsongeschiktheid, pensioenopbouw, voorbereidingsuren en zekerheid van werk.
Schijnzelfstandigheid
De freelance koorleden doen hetzelfde werk als koorleden in vaste dienst. De Kunstenbond is van mening dat de freelance koorleden in deze situatie geen echte freelancers zijn. Er is namelijk sprake van een gezagsverhouding, zij hebben geen mogelijkheid om te onderhandelen over tarieven en kunnen zich niet vrij laten vervangen. Freelance koorleden hebben te maken met eenzijdig door Nationale Opera & Ballet opgelegde normtarieven, die buitengewoon laag zijn gezien hun opleiding, kennis en professionaliteit. Daarmee wordt het verschil in beloning met collega’s in vaste dienst meer dan twee keer zo groot. Deze mensen krijgen dus veel minder betaald dan de vaste medewerkers, terwijl ze hetzelfde werk doen.
Kostenbesparing
Nationale Opera & Ballet is een zogenaamde B3-instelling, wat betekent dat de werkgever zelf risicodrager is voor de uitkering bij werkloosheid. Er hoeven geen WW-premies te worden afgedragen, het financiële risico bij ontslag van haar medewerkers ligt bij de organisatie. Zolang het aantal ontslagen beperkt blijft, is het niet afdragen van WW-premies een grote kostenbesparing. Het flexibel inzetten van koorzangers op grond van een arbeidsovereenkomst zou volgens Nationale Opera & Ballet extra financiële risico’s met zich meebrengen. Deze risico’s en kosten ontwijkt men bewust door alleen freelancers in te zetten.
Zelfstandigen
De Kunstenbond wil de positie van werkenden in de culturele sector verbeteren. Dat geldt voor zowel mensen in loondienst als voor zelfstandigen. Veel leden van Nationale Opera & Ballet zijn lid van de Kunstenbond. Voor hen, maar ook voor de overige koorleden, werkt de Kunstenbond aan goede arbeidsvoorwaarden. De Kunstenbond is hierover al lange tijd in gesprek met de directie van Nationale Opera & Ballet. Die stelt zich op het standpunt dat er wel degelijk sprake is van een zelfstandige beroepsuitoefening en vindt het daarom vooralsnog niet nodig om deze freelancers een arbeidsovereenkomst aan te bieden. Voor de Kunstenbond zijn de in de cultuursector breed gedragen Fair Practice Code en de uitspraak in de Deliveroo-zaak over schijnzelfstandigheid nu aanleiding om de rechter te vragen een uitspraak te doen over de arbeidsrelatie van deze freelance koorleden. Opvallend genoeg onderschrijft ook de Nationale Opera en Ballet de Fair Practice Code.
Beeld: Andrey Konstantinov op Unsplash